Zondag 28 november 2021 (1e Adventszondag) is de eerste dag van het Kerkelijk Jaar,  het jaar C. Het Kerkelijk Jaar loopt niet gelijk met het burgelijk kalenderjaar, maar begint met de eerste zondag van de Advent en eindigt met het Hoogfeest van Christus Koning (de laatste zondag vóór de Advent) zondag 20 november.

Advent
Het nieuwe Kerkelijk Jaar begint dus met de eerste Zondag van de Advent. De Advent omvat vier zondagen waarop naar de geboorte van Jezus wordt uitgezien. Deze zondagen worden ook wel genoemd naar de beginwoorden van de Introïtusgezangen van de missen op die zondagen: Levavi, Populus Sion, Gaudete en Rorate Caeli. De liturgische kleur van de Advent is paars, behalve op de derde, ‘blijde’ zondag van de Advent (‘Gaudete’), is de liturgische kleur roze.

Kersttijd
Op de Advent volgt de Kersttijd, die begint met de Kerstnachtmis op 24 december. Hierop volgt Kerstmis op 25 december het Hoogfeest van de Geboorte van de Heer. Normaal val de Tweede Kerstdag samen met het feest van de heilige Stefanus. Behalve dit jaar. Omdat hij de eerste martelaar is, is 26 december de enige dag in de Kersttijd waarop niet wit, maar rood de liturgische kleur is. Andere belangrijke dagen in de Kersttijd zijn: 27 december, apostelfeest van Sint Jan en 28 december, Onschuldige Kinderen. Normaal wordt op de eerste zondag onder het Kerstoctaaf het feest van de Heilige Familie (Jezus, Maria, Jozef)gevierd. Dit jaar valt het op Tweede Kerstdag. Tot de Kersttijd worden verder gerekend het Hoogfeest van Maria, Moeder van God, 1 janauri en het Hoogfeest van Driekoningen, 6 januari. De Kersttijd wordt afgesloten met het Hoogfeest van de Doop des Heren, eerste zondag na Driekoningen.

Eerste periode van de Tijd door het Jaar
Tot de hoogtepunten van deze tijd behoort Maria Lichtmis, 2 februari, sinds 1997 ook gevierd als Dag van het Godgewijde leven. De liturgische kleur op gewone dagen van de tijd door het jaar is groen. Op de dagen dat martelaren of apostelen worden herdacht, is de liturgische kleur rood. Deze eerste periode van de Tijd door het Jaar eindigt op Aswoensdag, begin van de Veertigdagentijd.

Veertigdagentijd
Op Aswoensdag begint de Veertigdagentijd, de periode van boete, bekering en gebed, voorafgaand aan Pasen. Deze periode loopt door tot en met het Paastriduüm, dat aanvangt met de avondmis op Witte Donderdag. De verschillende zondagen in de Veertigdagentijd zijn, evenals die in de Advent, genoemd naar de beginwoorden van de Introïtusgezangen van die zondagen. Het meest bekend is Zondag Laetare, de vierde zondag van de Vastentijd. Deze dag wordt ook wel halfvasten genoemd. De liturgische kleur in de Veertigdagentijd is paars, behalve op deze Zondag Laetare, dan is de liturgische kleur roze. De laatste zondag van de Veertigdagentijd is Palmzondag. 

Paastriduüm
Het Paastriduüm begint op Witte Donderdag en wordt afgesloten met de Vespers op Paaszondag.

Paastijd
De tijd tussen Paaszondag en Pinksteren wordt aangeduid als de Paastijd. In deze tijd staat de liturgie heel in het bijzonder in het teken van de verrijzenis van Christus. Tot de hoogtepunten van de Paastijd behoren Paaszondag, Beloken Pasen en zondag van de goddelijke Barmhartigheid (de eerste zondag na Pasen), de Zondag van de Goede Herder (vierde zondag na Pasen, sinds 1994 ook bekend als Roepingenzondag) en de Kruisdagen die voorafgaan aan de Hemelvaart van de Heer en wordt afgesloten met het Pinksterfeest.

Tweede periode van de Tijd door het Jaar
Na Pinksteren begint de Tweede periode van de Tijd door het Jaar. Op de eerste zondag na Pinksteren wordt het Hoogfeest van de H. Drie-Eenheid gevierd. De tweede donderdag na Pinksteren wordt het Hoogfeest gevierd van het Heilig Sacrament Van Het Lichaam En Bloed Van Christus, Sacramentsdag. Op de derde vrijdag na Pinksteren viert de Kerk het Hoogfeest van het H. Hart van Jezus. 

Op 15 augustus is het het Hoogfeest van Maria Tenhemelopneming (Verplichte feestdag). Andere gedenkwaardige dagen in deze periode zijn: Maria Geboorte (8 september), het Feest van Kruisverheffing (14 september) en daags daarna Onze Lieve Vrouw van Smarten, Hoogfeest Allerheiligen (1 november, Verplichte feestdag) en De Gedachtenis van alle overleden gelovigen (2 november). Het Kerkelijk Jaar wordt op de laatste zondag voor de Advent afgesloten met het Hoogfeest van Christus, Koning Van Het Heelal.

Cyclus Evangelie-lezingen

Het Liturgisch Jaar is op de zondagse lezingen ingedeeld in een driejarige cyclus:

A-jaar: het Evangelie van Mattheüs;

B-jaar: het Evangelie van Marcus;

C-jaar: het Evangelie van Lucas.

In de Paastijd wordt altijd uit het Evangelie van Johannes gelezen.

Voor de weekdagen is er de cyclus van twee jaar, voor de oneven en even jaren.