Onlangs werd paus Franciscus eraan herinnerd dat hij als tiener deelnam aan nachtelijke aanbidding in de Basiliek van het Heilig Sacrament in Buenos Aires, Argentinië. De paus ontving een foto van een boek uit de jaren vijftig met namen van de aanbidders. Op de gefotografeerde pagina staan zijn naam en een nummer. De paus ontving de foto van het Spaanse katholieke weekblad Alpha en Omega. In een handgeschreven briefje antwoordde de paus dat hij “ontroerd” was door de foto.
In 1954 en 1955 ging Jorge Mario Bergoglio (toen 18-19 jaar oud) vanuit zijn huis in de wijk Flores vaak met de bus naar de Basiliek, samen met zijn broer Óscar, voor de nachtelijke aanbidding van het heilig sacrament. Daar hoorde hij de woorden “Venite adoremus” (Kom laat ons aanbidden), zo schrijft hij in zijn briefje aan het Spaanse blad. Deze woorden werden uitgesproken bij het wisselen van de wacht. De aanbidding werd om beurten gedaan, en de persoon van de voorbije dienst wekte de persoon die dan aan de beurt was met de woorden “Venite adoremus” – woorden die paus nu opnieuw ontroeren.
In die tijd was er geen avondmis, en veel mensen die overdag op feestjes waren geweest, kwamen op zaterdagavond naar de basiliek, aldus de paus. “De aanbidding begon rond negen uur na de preek van pater Aristi,” schrijft de paus in zijn brief. José Ramón Aristi, een pater sacramentijn, was zijn biechtvader en een goed voorbeeld van een barmhartige priester, zo vertelde de paus eens in 2014. Pater Aristi was een zeer bekende biechtvader; vaak stonden er lange rijen wachtenden in de Basiliek van het Heilig Sacrament.
Destijds vertelde de paus ook dat hij altijd een stoffen zakje bij zich draagt met een kruisje dat ooit was bevestigd aan de rozenkrans waarmee pater Aristi werd begraven; telkens wanneer een onbarmhartige gedachte bij hem opkomt, raakt hij het even zakje aan. “Ik voel de genade! Ik voel de weldaad ervan. Wat doet het voorbeeld van een barmhartige priester goed, [het voorbeeld] van een priester die dicht bij de wonden komt.”
(bron: Vatican News)